oktober 2025

Duurzame inzetbaarheid stijgt met 23 procent bij organisaties die een gericht vitaliteitsprogramma implementeren. Dat blijkt uit recent onderzoek van TNO. Toch blijft de meerderheid van werkgevers twijfelen: zijn dit soort programma’s écht effectief, of weer een hype? Het antwoord ligt niet in het programma zelf, maar in de manier waarop je het inricht. Slecht ontworpen […]

Bedrijfsvitaliteitsprogramma’s zijn geen leuke extra meer. In 2025 zijn ze een meetbare investering met hard rendement. Minder verzuim, hogere productiviteit, en een balans die daadwerkelijk landt in de cijfers. Als je nu nog twijfelt of vitaliteit loont, mis je een kans die je concurrent wel pakt. Waarom 2025 het jaar is van meetbaar vitaliteitsrendement De

Bijna elk bedrijf heeft de afgelopen jaren weleens een yogales, fruitschaal of mindfulnesssessie georganiseerd. Leuk voor het imago, maar maakte het ook echt verschil? In 2025 is de lat hoger. Werkgevers die serieus willen scoren op vitaliteit, verzuim én werkgeluk moeten verder kijken dan losse acties. Het gaat nu om structuur, data en duurzaamheid. In

Vitale medewerkers zijn 12% productiever, nemen 27% minder ziektedagen en blijven gemiddeld 1,3 jaar langer in dienst. Toch behandelen veel organisaties hun vitaliteitsprogramma nog steeds als een ‘leuke extra’, in plaats van een strategische investering met harde cijfers. In 2025 is dat niet meer vol te houden. Bedrijven die rendement willen, móeten meten. En de

Twee dagen per jaar vitaliteitstraining? In 2025 is dat niet meer genoeg. Organisaties die nog vasthouden aan het klassieke jaarlijkse teamuitje of de eenmalige health check, verliezen hun concurrentievoordeel. De nieuwe norm is hybride en doorlopend: kleine, regelmatige interventies die naadloos aansluiten op het werkritme én het leven buiten kantoor. Geen goodwill-programma’s meer, maar structurele

Negen van de tien medewerkers voelt werkdruk, bijna de helft zit tegen burn-out aan. Toch blijven de meeste organisaties dweilen met de kraan open. Mentale fitheid wordt afgevinkt met een workshop mindfulness en een fruitschaal op vrijdag. Het werkt niet. Wat wél werkt? Nieuwe inzichten uit neuroscience, bedrijfspsychologie en bewegingsleer laten zien dat stresspreventie draait

Vitaliteitsprogramma’s zijn geen feel-good extraatje meer. In 2025 zijn ze een strategische noodzaak. Bedrijven die investeren in meetbare gezondheidsinterventies zien lagere uitval, hogere productiviteit en een beter employer brand. Toch blijft de vraag hangen: hoe weet je of het werkt? Want als je geen ROI kunt aantonen, verdwijnt het budget net zo snel als het

Wearables zijn geen speeltjes meer. Ze zijn de nieuwe meetlat voor prestatie. En niet alleen voor atleten. Ook voor coaches, vitaliteitsadviseurs en HR-professionals die willen weten of hun interventies écht werken. Want voelen dat iemand fitter wordt, is leuk. Maar meten dat hun hart variabiliteit toeneemt, hun VO2max stijgt of ze eindelijk in Zone 2

Drie op de vijf organisaties rapporteert een stijging in verzuim door psychische klachten. In 2025 is mentale gezondheid geen ‘leuk extraatje’ meer, maar de harde kern van elk serieus vitaliteitsprogramma. En dat heeft alles te maken met hoe we werk organiseren, hoe we presteren, en hoe lang teams het vol kunnen houden. Bedrijven die nu

AI weet nu wanneer jij bijna opgebrand bent – nog voordat je het zelf doorhebt. Wearables meten niet alleen je hartslag, maar voorspellen je energiedip van volgende week. En dat is geen science fiction meer: het is de nieuwe realiteit van gepersonaliseerde vitaliteitscoaching op de werkvloer. De vraag is niet meer óf je technologie inzet

Bedrijven die investeren in vitaliteitsprogramma’s zien hun ziekteverzuim dalen met gemiddeld 27 procent. Dat is geen toevallige statistiek, maar het resultaat van gerichte interventies waarbij health coaches medewerkers structureel begeleiden bij stress, leefstijl en energiemanagement. Het Health Coach Impact Programma laat zien dat vitaliteit op de werkvloer méér is dan een fruitmandje of een yogales.

Bedrijven die investeren in vitaliteitsprogramma’s zien gemiddeld 27% minder ziekteverzuim en een productiviteitsstijging van meer dan 20%. Toch laat ruim de helft van alle Nederlandse werkgevers deze kans liggen. Waarom? Omdat vitaliteit nog te vaak gezien wordt als een nice-to-have in plaats van een strategische hefboom voor bedrijfsresultaten. Dit artikel laat zien wat er echt

Bedrijven gooien jaarlijks duizenden euro’s weg aan ziekteverzuim, productiviteitsverlies en hoog verloop. Tegelijkertijd klagen ze dat werknemers ‘niet betrokken zijn’ of ’te vaak ziek’. De oplossing? Stop met symptomen bestrijden en begin te investeren in vitaliteit op de werkvloer. Niet omdat het een leuk extraatje is, maar omdat het direct meetbare impact heeft op je

Na je veertigste verlies je per decennium 8 tot 10% van je spiermassa als je niets doet. Dat is niet alleen een cosmetisch probleem, het raakt je botdichtheid, hormoonbalans, metabolisme en zelfs je cognitieve functie. Maar hier komt het goede nieuws: krachttraining is misschien wel de meest onderschatte levensverzekering die je op deze leeftijd kunt

Bedrijven investeren jaarlijks miljoenen in vitaliteitsprogramma’s, maar slechts 23% meet daadwerkelijk de impact op productiviteit en verzuim. Dat is geld weggooien. Want wie niet meet, stuurt niet — en wie niet stuurt, mist kansen om medewerkers vitaler te maken én bedrijfsresultaten te verbeteren. De vraag is niet meer of vitaliteit belangrijk is. De vraag is:

Ziekteverzuim kost Nederlandse werkgevers jaarlijks miljarden. Maar het is geen onvermijdelijk kwaad. Organisaties die inzetten op een strategisch vitaliteitsprogramma zien het ziekteverzuim dalen en de productiviteit stijgen met 18 tot 27%. Dat is geen soft HR-praatje. Dat is meetbaar rendement. Toch investeren veel bedrijven nog steeds reactief: pas als de cijfers oplopen, komt er aandacht.

Bijna één op de zes Nederlandse werknemers ervaart burn-outklachten. Toch investeert slechts een fractie van de organisaties structureel in vitaliteitsinterventies. Het resultaat? Verzuim, hoge vervangingskosten, en teams die op hun tandvlees lopen. Stress op de werkvloer is geen soft issue meer. Het is een strategisch probleem. En hier is het goede nieuws: met gerichte, laagdrempelige

Bedrijven die in 2025 nog steeds denken dat ziekteverzuim en productiviteit “vanzelf wel oplossen”, liggen maanden achter op de concurrentie. Vitaliteitsprogramma’s zijn niet langer een leuke bijkomstigheid. Ze zijn een strategisch instrument met meetbare impact. Het bewijs ligt op tafel: organisaties met een goed opgezet vitaliteitsbeleid zien tot 26% minder verzuim en een productiviteitsstijging van

Je slaapt gemiddeld zes uur per nacht, staat op met een waas in je hoofd en probeert dat te compenseren met koffie en een volle agenda. Eind van de middag is je concentratie weg, je irritatiegrens laag en je productiviteit een fractie van wat het zou kunnen zijn. Klinkt dat herkenbaar? Dan zit je niet